Het Ninoofse stadsbestuur is in beroep gegaan bij de Raad van State tegen de bescherming van de middeleeuwse burcht van Ninove als archeologische site. Het bestuur heeft geen probleem met de bescherming van de vroegere burcht zelf, maar wel met de omvang van het door Vlaanderen beschermde gebied, wat een grote impact zou hebben op de omgeving. N-VA Ninove noemt de beslissing betreurenswaardig.
In april vorig jaar erkende Vlaams minister van Onroerend Erfgoed Matthias Diependaele (N-VA) de middeleeuwse burchtsite aan het Paul de Montplein in Ninove als archeologische site. Uit een recent antwoord op een schriftelijke vraag van N-VA gemeenteraadslid Karolien De Roose blijkt nu dat het Ninoofse stadsbestuur beroep heeft ingediend bij de Raad van State tegen deze erkenning. N-VA Ninove betreurt dat.
“De meeste burchten of motteversterkingen aan de Dender zijn doorheen de tijd volledig verdwenen, maar in Ninove is dat niet het geval”, vertelt Yves De Groote, kunstwetenschapper en bestuurslid bij N-VA Ninove. “In Vlaanderen zijn slechts een beperkt aantal motteversterkingen in dorps- of stadsverband bewaard en gelukkig is Ninove er één van. Het beschermen van archeologische opgravingen heeft als doel om belangrijke archeologische plekken in Vlaanderen aan te duiden en te behouden voor toekomstige generaties. Deze sites zijn onvervangbare bronnen, die van onschatbare waarde zijn voor onze kennis over het menselijk verleden. Vanuit N-VA Ninove waren we heel verheugd met de erkenning van de burcht aan het Paul de Montplein als archeologische site door minister Diependaele.”
Beroep
Maar nu blijkt dat de stad zich niet volledig kan vinden in de definitieve bescherming van de middeleeuwse burchtsite. Het stadsbestuur heeft beroep ingediend bij de Raad van State tegen de erkenning.
Zo verbazingwekkend is die beslissing eigenlijk niet. Op de gemeenteraad van 24 januari 2022 had schepen van erfgoed Henri Evenepoel (Open vld) al laten vallen dat het stadsbestuur volgens hem veel te weinig gehoord is geweest. Hij zei dat het bestuur zeker openstond voor “de bescherming van de motte, de voorkapel en de eerste omwalling. Over de integrale bescherming tot de tweede omwalling, dat aan de ene kant tot de Moeremanssite en aan de andere kant tot de site van de technische dienst reikt, inclusief alle privéwoningen, zijn we kritisch, omdat die ingaat tegen de reguliere bestemming van het terrein. In dat geval zou de komende 30 jaar geen herinrichting van het Paul De Montplein mogelijk zijn. We hebben geen probleem met de bescherming van de burcht, maar dus wel met die van de ruimere zone. We vragen daarom overleg met het Agentschap Onroerend Erfgoed.”
Teleurgesteld
“Het is betreurenswaardig dat het stadsbestuur geen enkel advies over het beroep heeft gevraagd aan de bevoegde stadsdiensten noch aan de Erfgoedraad. Dit dossier is eigenlijk symbolisch over het gebrek aan daadkracht in Ninove inzake erfgoed waarbij waardevolle gebouwen worden afgebroken of verloederd blijven”, klinkt het nog bij Yves De Groote.
“De meeste steden en gemeenten zouden trots zijn op een erkenning als cultureel erfgoed”, gaat Steven Vanden Berghe, voorzitter van N-VA Ninove verder. “In plaats van dit te gebruiken om Ninove als toeristische trekpleister te promoten, gaat het stadsbestuur in beroep bij de Raad van State en moet de Ninovieter dure juridische adviezen en procedures betalen. Op een infoavond bleek dat het overgrote deel van de buurtbewoners verheugd was over de erkenning als archeologische site van hun (achter)tuin. Slechts één buurtbewoner heeft bezwaar aangetekend tegen de erkenning.”
Schepen Evenepoel benadrukt nogmaals dat de stad niet tegen de bescherming van de burcht zelf is: “Wij miskennen de waarde van de motte niet, of het unieke ervan, maar niet op die beperkende manier. We betreuren dat er op onze uitgereikte hand niet werd ingegaan.”